Bottermuseum Harderwijk krijgt gratis verf van AkzoNobel: verven van een botter kost zo 4.500 euro

HARDERWIJK Bij het onderhoud van haar vloot krijgt het Bottermuseum hulp van AkzoNobel. De verffabrikant levert de komende drie jaar gratis de verf voor de drie botters (HK22, HK21 en HK172) en de plunter (HK4). Sissy Traa-de Groot tekende het contract en gaf een training aan de vrijwilligers.

Traa is vertegenwoordiger bij AkzoNobel International, de afdeling voor jachtlakken. ,,Het behoud van Nederlands historisch erfgoed vinden we belangrijk. Zo heeft AkzoNobel ook samenwerkingsovereenkomsten met o.a. het Scheepvaartmuseum en het Rijksmuseum. Aansprekend aan het Bottermuseum is dat er door zoveel vrijwilligers wordt gewerkt. In het onderhoud van de botters zit vele uren handwerk en vakkennis.”

Het contact ontstond toen de broers Rob en John van Luijk, vrijwilligers bij het Bottermuseum, een bezoek brachten aan de AkzoNobel vestiging in Wapenveld. Hun opa, Jan van Olst, was van 1932-1972 lakstoker bij Sikkens in Wapenveld. Het bedrijf werd in 1969 overgenomen door AkzoNobel en bij het 100-jarig jubileum van Sikkens Wapenveld was de familiegeschiedenis terug te zien op foto’s. ,,Wij zijn in de fabriek geweest en zij bij ons voor een rondleiding’’, vertelt Rob van Luijk de aanleiding van de samenwerking. ,,We kunnen alle verf gratis bestellen voor onze botters en voor het pand. Daar zijn wij AkzoNobel super dankbaar voor.”

De HK22, een 13 meter lang schip dat momenteel op de kant wordt gerestaureerd, is als eerst aan de beurt. Voor de Bokkingrace in juni moet dit klaar zijn. Traa heeft houtolie vernis en houtbeits meegenomen voor de eikenhouten planken van het bovenwaterschip. Voor het onderwaterschip heeft ze antifouling bij zich: dit voorkomt algengroei en dat schelpen gaan hechten. ,,Van oudsher werd hiervoor teer gebruikt maar dat mag niet meer.” Traa zegt dat zes lagen primer nodig zijn en drie lagen antifouling. ,,Een 2,5 liter blik antifouling kost al gauw 177 euro en een blik primer van 2,5 liter is 124 euro. Het verven van een botter kost zo 4.500 euro”, schat ze. Elk jaar ligt een botter op de kant en in 2024 wordt de verf voor het gebouw geleverd door Sikkens. Luijk: ,,We kijken of we dat zelf gaan doen, of met lokale schilders waar Sikkens een contract mee heeft.”

JAN KRUL TENTOONSTELLING

 In het Bottermuseum is op vrijdag 16 december (19.15 tot 21.15 uur) en zaterdag 17 december (13.30 tot 16.00 uur) de tentoonstelling Jan Krul. Dit is een minder bekende bijnaam van één van de vroegere vissers, naar wie de straatnamen van de nieuwe woonwijk De Stadswerven zijn vernoemd. Zo is de Jantje Boonenstraat, vernoemd naar de voormalig visroker en vishandelaar uit de jaren ‘30, nu in aanbouw. Hun bijnamen krijgen tijdens de expositie een gezicht met oude foto’s, verhalen en filmbeelden van vroeger, o.a. van Adriaan van Zwarte Janus. Initiator Evert van der Meer: ,,Er zijn unieke foto’s uit een familiealbum bij die niemand nog kent. Ook zijn unieke interviewfragmenten van vissers van nu te zien, als verbinding van verleden en heden.” 

Entree 2,50 euro (incl. kopje koffie/thee).

Marco Jansen